Literatuur Goethe-leesclub in Oostende

Els Snick over Herta Müller

Nieuwsgierig naar Duitse literatuur? Kom naar een Goethe-leesclub en ontdek historische en hedendaagse auteurs uit Duitstalig Europa. In kleine groep, drankje bij de hand, spreken we in het Nederlands over Duitstalige boeken, die ook in het Nederlands vertaald zijn. Elke Goethe-leesclub wordt begeleid door een Belgische auteur, die voor u zijn favoriete titels uitgekozen heeft. Els Snick begeleidt vanaf dit jaar de Goethe-leesclub in Oostende.

Els Snick (Kortrijk, 1966) is vertaler en een vurig pleitbezorger van de Duitse taal en cultuur. Ze was tot 2015 docent aan de universiteit Gent. Joseph Roth is haar favoriete schrijver. Over zijn passages in de Lage Landen tijdens het interbellum, als emigrant op de vlucht voor de nazi’s, schreef ze "Waar het me slecht gaat is mijn vaderland. Joseph Roth in Nederland en België." Met de bundels Hotelmens en De blonde neger, waarmee ze ook muzikale voorstellingen maakte, bracht ze Roths journalistieke werk in de belangstelling. Ze vertaalt ook hedendaagse romans, zoals het werk van Volker Weidermann, Katja Lange-Müller, Norbert Gstrein en Silke Scheuermann.

Voor de Goethe-leesclub 2015-2016 koos Els Snick volgende titels:


18 oktober 2015
Herta Müller, Ademschommel (Atemschaukel, 2009) Uitgeverij De Geus 2010 Vertaling Ria van Hengel

Herta Müller (1953) schreef met Ademschommel de biografie van de dichter Oskar Pastior, die net als duizenden andere Roemenen van Duitse afkomst na de Tweede Wereldoorlog naar een werkkamp werd gedeporteerd. Wegens hun vermeende collaboratie met de nazi’s moesten de Duitstalige Roemenen worden heropgevoed en heropbouwen wat het Duitse leger had vernietigd. Müllers eigen moeder behoorde ook tot de gedeporteerden, maar sprak er nooit over.

29 november 2015
David Wagner, Leven (Leben, 2013) Uitgeverij Atlas Contact 2014 Vertaling Goverdien Hauth-Grubben

David Wagner (1971) onderging enkele jaren geleden een levertransplantatie. Deze ervaring verwerkte hij in het boek Leven, die uit 277 genummerde miniaturen bestaat. De roman gaat over het leven met een levensbedreigende ziekte, het eindeloze wachten op de grens van leven en dood, de dagelijkse sleur in het ziekenhuis, de vragen die zich dan opdringen: Voor wie is het de moeite waard om in leven te blijven? En wie is er gestorven zodat ik verder kan leven, en ben ik dan nog wel dezelfde mens die ik voorheen was?

17 januari 2016
Alfred Döblin, Berlijn Alexanderplatz (Berlin Alexanderplatz, 1929) Uitg. Wereldbibliotheek, Vertaling Hans Driessen 2015

Deze klassieke stadsroman van Alfred Döblin (1878-1957) is in de jaren tachtig bekend geworden door de magistrale verfilming van Rainer Werner Fassbinder. Het is het verhaal van Franz Biberkopf, een onderwereldfiguur die vrijgelaten wordt uit de gevangenis en zich voorneemt een deugdelijk leven te gaan leiden, maar steeds terug naar het verderf gezogen wordt. Tegelijkertijd vertelt Alfred Döblin op virtuoze wijze het verhaal van het bruisende Berlijn uit de jaren twintig van de vorige eeuw, een stad die uit zijn voegen is gebarsten door de toeloop van massa’s gelukszoekers.

13 maart 2016
Joachim Bessing, Untitled (Untitled, 2013) Uitgeverij Leesmagazijn 2015 Vertaling Els Snick

Untitled van Joachim Bessing (1971) gaat over een modejournalist en een filosofe die elkaar tijdens voor de boekenkast bij onbekenden ontmoeten en, pratend over literatuur, een coup de foudre beleven. Voor hem is het duidelijk: zij is de grote en ware liefde, die hij tot dan alleen uit boeken kende, en hij is bereid om zijn hele leven op te geven voor haar. Maar zij is getrouwd en wil haar man niet verlaten. Untitled gaat over de liefde in tijden van internet en smartphones. Wanneer gaat liefde over in lijden, wat als lijden lust wordt?

8 mei 2016
Walter Benjamin, Kinderjaren in Berlijn rond 1900 (Berliner Kindheid um Neunzehnhundert, postuum verschenen in 1950) Uitgeverij Vantilt Vertaling Hans Driessen

Walter Benjamin (1892-1940) is een van de intrigerendste filosofen van de 20ste eeuw. Hij schildert in een reeks korte scènes zijn kinderjaren, als zoon van een burgerlijk gezin in het westen van Berlijn. De afzonderlijke teksten, flarden van herinneringen, vullen elkaar op een intrigerende manier aan, bijvoorbeeld wanneer hij schrijft over een schaatstocht op een bevroren vijver of het naaikistje van zijn moeder. De verteller probeert zich te verplaatsen in de nog onwetende, verbazende houding van het kind dat hij is geweest geeft zijn blik op de wereld poëtisch weer.

26 juni 2016
Katja Petrowskaja, Misschien Esther (Vielleicht Esther, 2014) De Bezige Bij Vertaling W. Hansen

Katja Petrowskaja (1970) gaat in Misschien Esther op zoek naar het verhaal van haar verdwenen familieleden. Haar Oekraïnse grootmoeder werd in 1941 bij het beruchte bloedbad van Babi Jar, een van de gruwelijkste moordpartijen van de Holocaust, door de nazi’s vermoord. Maar ook het stalinisme maakte verschillende slachtoffers. Petrowskaja bezoekt de plaatsen waar haar verwanten hebben gewoond of zijn gestorven en contacteert mensen van wie ze hoopt meer over hun leven te vernemen. Het gaat hier ook over het vertellen, over hoe verhalen kunnen ontstaan waarvan zij die het hebben meegemaakt zijn overleden.

Een initiatief van het Goethe-Institut in samenwerking met Vrijstaat O.

Terug