Speculatief en kritisch design of design fiction: dat zijn de thema’s van een nieuw Duits-Belgisch residentieprogramma voor studenten en recent afgestudeerde jonge kunstenaars uit alle richtingen. Het programma biedt een resident uit België en een resident uit Duitsland de mogelijkheid om zich creatief met nieuwe technologieën bezig te houden, daarover ideeën uit te wisselen en indien gewenst samen een project uit te werken. Het residentieprogramma is een samenwerking tussen het Goethe-Institut Brüssel, het KIKK festival, het creatieve centrum TRAKK en het cultureel centrum Namur/Les Abattoirs de Bomel.
We zeggen dank aan alle sollicitanten voor het getoonde interesse en feliciteren de twee residenten Caroline Wolewinski (B) und Pedro Oliveira (BR/DE)!
Kunt u iets meer vertellen over uw interesse voor en uw kijk op design?
Design maakt deel uit van ons dagelijks leven. Alles om ons heen is op de een of andere manier vormgegeven – van het voedsel dat we eten tot de kleren die we dragen. Wie de wereld waarin we leven wil begrijpen, moet ook het algemene belang en de status van vormgeving begrijpen. De vraag stellen wat design is en waar het vandaan komt, zou ons in die zin een duidelijker beeld van onze wereld moeten geven. We zouden ervan kunnen uitgaan dat design bestaat om dingen mooier te maken of om oplossingen voor onze behoeften te vinden, maar de economische en ideologische aspecten van design zijn complexer dan dat. Als vormgever bied je praktische en esthetisch verantwoorde oplossingen binnen een economische context waarin we ons bewust zijn van alles wat er bij design komt kijken.
Aan wat voor project werkt u in Namen?
Mijn onderzoek focust op vragen die te maken hebben met toekomstige noden: welke behoeften en rituelen zullen de volgende generaties hebben? Over welke tools zullen ze beschikken? Hoe kunnen we oplossingen of dingen bedenken die nog niet bestaan? Hoe vertaal je gedrag en attitude naar een vorm? Door hedendaagse artefacten te bedenken, wordt de designer als het ware een archeoloog van de toekomst.
Waarom hebt u zich kandidaat gesteld voor de residentie in Namen, en wat verwacht u ervan?
De residentie geeft mij als designer de kans om me meer toe te leggen op persoonlijk onderzoek in plaats van te focussen op projecten in opdracht. Het onderwerp van de residentie roept heel wat vragen op die met design verband houden, zoals de rol van design in het dagelijkse leven en bij uitbreiding in de hele samenleving. Het idee van het alledaagse leven en de bijbehorende voorwerpen maakt al enige tijd deel uit van mijn werk, en ik krijg nu een nieuwe kans om sterker rond dat onderwerp te werken. Het is de bedoeling om tijdens de residentie te experimenteren met nieuwe en onbekende technieken en zo mijn praktijk te verrijken. Dankzij het fablab van TRAKK en de voorzieningen die daar ter beschikking zijn, durf ik te hopen op een rijke en bevredigende ervaring.
Kunt u iets meer vertellen over uw interesse voor en uw kijk op design?
In mijn onderzoek en praktijk interesseer ik me voor het idee van design als een ontologische kracht (zoals bij Anne-Marie Willis en Tony Fry), en voor het idee van vormgeven als een materieel-discursieve praktijk. Pragmatisch gezien betekent dit dat ik design beschouw als dat wat vorm geeft aan en vorm krijgt door de voorwaarden voor ons bestaan in deze wereld. Design is dan ook in grote mate belangrijk geweest voor de opbouw van de werkelijkheid zoals wij die kennen; dat betekent dat design verantwoordelijk geacht moet worden voor de vestiging en handhaving van een heel aantal vormen van verdrukking, zoals kolonialisme, structureel racisme, discriminatie ten opzichte van mensen met een beperking, genderdiscriminatie, economische verarming, enzovoort.
Aan wat voor project werkt u in Namen?
Tijdens deze residentie begin ik met een deel van een groter project, “Cursed Materialities”, waarin we (ikzelf en mijn partner Luiza P.) onderzoeken welke functionaliteiten en sporen van het koloniale tijdperk terug te vinden zijn in de hedendaagse technologie. In Namen zal ik meer specifiek technologieën voor spraak- en accentherkenning onderzoeken, en dan vooral het gebruik ervan in de grensindustrie voor het gewelddadige intomen van migratie. Mijn eerste idee is om te werken met machines op basis van dekoloniserende poëzie, maar dat zal in de loop van de drie komende weken waarschijnlijk nog evolueren.
Waarom hebt u zich kandidaat gesteld voor de residentie in Namen, en wat verwacht u ervan?
De jongste jaren heb ik me in mijn werk veel beziggehouden met speculatief design en de problematische stellingnamen over wie de toekomst voor wie vormgeeft. Ik besefte dat deze residentie mij de tijd en de middelen zou geven om een speculatieve praktijk te formuleren met een anti-alleenheersend en dekoloniserend vertrekpunt. Het verband tussen verschillende (vooral niet-academische) instellingen, zoals het Goethe-Institut en het KIKK Festival vormt bovendien een welkome afwisseling ten opzichte van mijn gebruikelijke, vanuit de academische wereld gestimuleerde manier van werken, en is ook zeer belangrijk om het project enige zichtbaarheid te geven.
“Kritisch design” is een door A. Dunne en F. Raby geïnspireerde, praktische en theoretische omgang met vormgeving. Daarbij wordt design gezien als een medium dat debatten kan uitlokken tussen ontwerpers, de economische wereld en de publieke opinie, en dat ons attent maakt op de ethische, sociale en culturele verbanden van nieuwe technologieën. Deze kritische benadering van design wil een tegengewicht vormen voor de vervreemding als gevolg van massaproductie, door alternatieve scenario’s en droombeelden te ontwerpen. De taak van de designer beperkt zich niet tot het produceren van objecten voor de industriële markt, hij moet ervaringen en ideeën op het getouw zetten en ze delen. Dankzij die nieuwe benaderingswijze kan men speculeren over hoe de toekomst eruit zou kunnen zien en wordt een debat mogelijk over de vormen van de toekomst die wij wensen (of afwijzen). “Design fiction” laat interacties en discussies ontstaan over een mogelijke toekomst, die anders niet of slechts in beperkte mate zouden bestaan. Het maakt het mogelijk om speciale toekomstvisies voor de deelnemers “reëler beleefbaar” te maken en leidt tot een fundamentele dialoog over de behandelde thema’s.
Voor de kunstenaars/kunstenaressen, designers en onderzoek(st)ers moet de focus van het verblijf vooral liggen op een toenadering tot nieuwe technologieën in het TRAKK-laboratorium en het uitproberen van die technologieën met vakkundige ondersteuning. Een eindproduct is niet verplicht. De ter plaatse verblijvende kunstenaars/kunstenaressen zijn vrij in de omzetting en organisatie van hun projecten. Ze hebben de mogelijkheid een project samen met de andere kunstenaar/kunstenares te ontwerpen. Bovendien kan het project, na overleg met de organisatie, worden voorgesteld op het KIKK-Festival in november.
De beurs omvat:
Een totaal budget van € 10.000 (€ 5.000 per kunstenaar/kunstenares). Dat omvat materiaalkosten, maaltijden en reiskosten voor een periode van drie weken.
Een eigen woning (39 tot 47m²) met bad, kookhoek, slaap- en werkruimte en internetaansluiting.
Toegang tot het Fab Lab TRAKK, inclusief gebruik van alle machines (3D-printer, snijplotter, freesmachine met digitale besturing, lasersnijmachine, houtbewerking, andere technische voorzieningen).
Gebruik van de ateliers in Les Abattoirs de Bomel (voor hout- en ijzerbewerking, zeefdruk; ondersteuning en introductie door de technische leiding)
Partners
Goethe-Institut, het wereldwijd actieve cultuurinstituut van de Duitse Bondsrepubliek
Les Abattoirs de Bomel, een nieuw interdisciplinair cultureel centrum met tentoonstellings- en verblijfsmogelijkheden van de Waalse hoofdstad Namen
Het KIKK Festival voor creatieve en digitale cultuur, dat het effect van nieuwe technologieën op de domeinen kunst, wetenschap en design onderzoekt. Het festival beschikt ook over het creatieve centrum TRAKK, een ruimte voor gemeenschappelijke, multidisciplinaire vormgeving, waarvan het lab (Fab Lab: LABoratoire de FABrication) ter beschikking staat van de kunstenaars/kunstenaressen.
Adressen
Les Abattoirs de Bomel: Traverse des Muses 18, B-5000 Namen Een Duitse kunstenaar en een Belgische kunstenares verblijven drie weken in twee van de vijf kunstenaarswoningen van het cultureel centrum in Namen. www.centrecultureldenamur.be/a-propos/lieux/abattoirs-de-bomel
Fab Lab TRAKK: Avenue Reine Astrid 118, B-5000 Namen
De kunstenaars worden wegwijs gemaakt in hoe ze het laboratorium kunnen gebruiken en worden tijdens hun verblijf voortdurend begeleid. www.trakk.be/espaces/fablab/
Uitwisseling
Het verblijfsproject biedt tal van mogelijkheden voor uitwisseling op professioneel en intercultureel vlak. Aangezien de verblijven en de ateliers zich in het cultureel centrum bevinden, is het mogelijk om ter plaatse met kunstenaars en met het publiek van het cultureel centrum van ideeën te wisselen.