Snelle toegang:

Direct naar inhoud gaan (Alt 1) Direct naar hoofdnavigatie gaan (Alt 2)

Spreekuur - de taalcolumn
Alles moet weg! De lange strijd tegen vreemde woorden

Illustratie: Een mond met een gele hoekige tekstballon met daarin een gekartelde tekstballon
Vreemde-woordenkritiek tussen verlangen naar begrijpelijkheid en afwijzing van vreemde-taalinvloeden | © Goethe-Institut e. V./Illustratie: Tobias Schrank

Wat drijft mensen die vinden dat ze de Duitse taal voor vreemde woorden moeten behoeden?  Henning Lobin verdiept zich in taalpolitieke en taalnationalistische kunstgrepen van de barok tot vandaag.

Von Henning Lobin

‘Sale’ in plaats van ‘Schlussverkauf’ (opruiming, uitverkoop). Het is maar een van de vele voorbeelden van Engelse woorden die vandaag in de Duitse taal zijn overgenomen, zogenaamde anglicismen. Dat woorden uit andere talen worden overgenomen, is niets ongewoons. Het hoort bij de manier waarop talen evolueren. Maar ook de kritiek op dergelijke ‘taalimmigranten’ is niet nieuw. In het geval van het Duits kent ze al een lange traditie.

Barok taalpatriottisme

Al in 1617, ten tijde van de barok, werd in Weimar de eerste Duitse taalvereniging opgericht, de ‘Fruchtbringende Gesellschaft’ (lett. ‘vruchtdragende vereniging’). Daarin waren, naar het voorbeeld van de Italiaanse Accademia della Crusca, enkele edellieden bijeengekomen om de Duitse taal vanuit een patriottische impuls in de praktijk te brengen in dichtkunst en literatuur, en ze geschikt te maken voor supraregionaal gebruik. Als voorbeeld diende de taalkundige efficiëntie van het Latijn en het Frans, een efficiëntie die destijds in het Duits nog niet was bereikt. Al snel deden de leden van de Fruchtbringende Gesellschaft en enkele andere taalgenootschappen voorstellen voor nieuwe Duitse woorden, ter vervanging van buitenlandse woorden die vooral uit het Latijn afkomstig waren. Daaronder enkele minder overtuigende, zoals ‘Tageleuchter’ voor ‘Fenster’ of ‘Zitterweh’ voor ‘Fieber’ (koorts), maar ook succesvolle suggesties zoals ‘Durchmesser’ voor ‘Diameter’, ‘Bruchstück’ voor ‘Fragment’ of ‘Briefwechsel’ (briefwisseling) voor ‘Korrespondenz’.

Met hun taalkundig zelfbewustzijn hadden de barokke taalgenootschappen een aanzienlijke invloed op het ontstaan van de Nieuwhoogduitse schrijftaal. Die vestigde zich ongecontroleerd als een supraregionale evenwichtstaal tussen de verschillende Duitse dialecten, vooral om drukwerk van allerlei aard in grote delen van het Duitse taalgebied te kunnen verspreiden. Toen uiteindelijk in 1871 met het Duitse Keizerrijk de eerste Duitse natiestaat werd opgericht, was de Nieuwhoogduitse schrijftaal al grotendeels ‘af’. Bovendien was de burgerij deze standaardtaal, waarin Goethe en Schiller hun werken hadden gepubliceerd, als spreektaal gaan gebruiken. Het was het begin van wat we vandaag ‘Hoogduits’ noemen, de taal die overal in het Duitstalige gebied met niet meer dan een licht regionaal tintje gesproken, geschreven en begrepen wordt.

Verduitsing door de Allgemeiner Deutscher Sprachverein

De stichting van het Duitse Rijk was het resultaat van de oorlogsoverwinning op Frankrijk; reden genoeg in die tijd om de vele Franse leenwoorden uit het Duits te verbannen. In 1885 werd de ‘Allgemeiner Deutscher Sprachverein’ (Algemene Duitse Taalvereniging) opgericht. Het taalpatriottisme van de barok veranderde daarmee in een taalnationalisme, dat onder keizer Wilhelm II de nationale ontwikkeling van Duitsland op het vlak van taal orkestreerde. De vereniging verduitste met groot succes het ene vakgebied na het andere. Ze bedacht daarbij heel wat woorden die vandaag nog steeds als vanzelfsprekend worden gebruikt. Zo werd in het spoorwegwezen het woord ‘Perron’ vervangen door ‘Bahnsteig’; ‘Coupé’ werd ‘Abteil’ en ‘Billet’ werd ‘Fahrkarte’ (vervoerbewijs). In de wereld van de gastronomie kwam ‘Speisekarte’ (spijskaart) in de plaats van ‘Menu’ en waren er minder geslaagde pogingen om ‘Kotelett’ te vervangen door ‘Rippenschnitte’ (ribstuk), of ‘Frikassee’ door ‘Weißeingemachte’.

Ten tijde van het nationaalsocialisme kende de taalvereniging een allesbehalve roemrijke ontwikkeling: uit het taalnationalisme groeide een regelrecht taalracisme. “De geest van het rassendenken verschijnt in de historische werkelijkheid als taal”, schreef verenigingsfunctionaris Georg Schmidt-Rohr in 1935. En de vereniging noemde zichzelf zowaar “de Sturmabteilung van onze moedertaal”.

De anglicismenindex van de Verein Deutsche Sprache

Sinds 1997 bestaat ook in het moderne Duitsland een groepering, de ‘Verein Deutsche Sprache’ (Vereniging Duitse Taal), die strijd voert tegen het gebruik van vreemde woorden. Die laatste komen tegenwoordig vooral uit het Engels. De vereniging wil niet langer afzonderlijke woorden vervangen, maar publiceert een ‘anglicismenindex’ met daarin duizenden suggesties voor Duitse woorden (en vaak ook latinismen) ter vervanging van Engelse leenwoorden. Sommige daarvan zijn zinvol en een groot aantal is allang ingeburgerd, zoals ‘Nachhaltigkeit’ (duurzaamheid) voor ‘Sustainability’. Andere vragen om wat meer uitleg. Of had u zomaar geweten dat met ‘Menschenkörperaustauschreff’ de goede oude ‘Swinger-Club’ bedoeld wordt?

Kritiek op vreemde woorden situeert zich altijd ergens tussen een gerechtvaardigde interesse voor de begrijpelijkheid en versterking van de eigen taal enerzijds, en een overdreven afwijzing van alle vreemde taalinvloeden anderzijds. Vast staat dat veel vreemde woorden voor een zinvolle en nodige betekenisnuance zorgen. Men kan evenwel zonder wanneer alleen een jargon zonder toegevoegde waarde wordt gereproduceerd.

 

Top